13 november 2017
Maandag, nieuwe week, nieuwe kansen. We moeten vandaag om 11:40 in het AMC zijn, dit keer voor de vruchtwaterpunctie. We zitten in de wachtkamer van de afdeling Gynaecologie. Het loopt weer uit. Dit werkt op mijn zenuwen, onze zenuwen.
Zal het pijn doen? Heeft de baby er last van? Gaat het goed? Dit zijn wat gedachtes die door me heen gaan tijdens het wachten. Er zitten nog meer vrouwen in de wachtkamer. Zwangere vrouwen. Ik kijk om me heen en vraag me af of ik de enige ben die hier nu is voor een vruchtwaterpunctie. Ik zie een aantal vrouwen lief over hun buik wrijven, ik vraag me af hoelang ik dit nog mag doen? Ik voel een traan over mijn wang lopen. Ik probeer altijd zo onopvallend mogelijk te huilen. Marcello knuffelt me en we blijven even zo zitten.
Dan komt er een arts-assistent de wachtkamer in en vraagt of ik mevrouw Polder ben. Ja, antwoord ik. “dokter Klaasen* loopt wat uit, maar u kunt vast meelopen dan kunt u even in een andere kamer wachten”
We kunnen eindelijk naar binnen, super lieve arts. Ze stelt ons op ons gemak en vertelt wat er gaat gebeuren. Ze gaat de baby eerst bekijken door middel van een echo en daarna volgt de punctie.
Wij weten het geslacht van de baby nog niet, ik heb Marcello in de wachtkamer nog gevraagd of hij het wilde weten en dat we niet raar moeten opkijken als ze het gewoon ineens roepen. Het is namelijk geen pret echo dus wellicht houden ze er geen rekening mee. We hebben besloten dat als we mogen kiezen we willen wachten tot de 20 weken echo. We gaan nog steeds uit van goed nieuws.
Dokter Klaasen vraagt ons eigenlijk meteen of we het geslacht al weten. We vertellen haar dat we willen wachten op de 20 weken echo. Dit vind ze een goed idee en doet haar best er “omheen” te werken haha..
De baby ziet er voor zover weer goed uit, geen bijzonderheden. Dan volgt de punctie. Ze zoekt met het echoapparaat een goed plekje met voldoende vruchtwater en waar de baby niet al te dicht in de buurt is.
De prik is even vervelend, het is een naar gevoel maar niet heel pijnlijk. Dan volgt een slangetje en wordt de naald verwijderd. Als de baby dan beweegt heeft hij/zij er geen last van. Er worden 4 buisjes vruchtwater afgenomen.
Ze is klaar. Ik blijf nog even liggen. Ik voel me een beetje slap worden, de spanning komt eruit denk ik. Marcello en ik gaan nog even in de wachtkamer zitten. Ik knal er een colaatje in en blijf even zo zitten.
15 november 2017
Woensdagochtend, precies twee weken na het eerste telefoontje, gaat opnieuw mijn telefoon. Mevrouw Jansen. Ik had namelijk gevraagd of we voor de uitslag langs mochten komen in plaats van het nieuws telefonisch te krijgen. Marcello wilde dit graag, zodat ik niet weer alleen zou zijn als ik gebeld zou worden. Of het nu goed of slecht nieuws zou zijn. Scheetje hé… Ze geeft aan dat we vrijdag al langs kunnen komen voor de eerste uitslagen. Ze overvalt me een beetje, dit had ik niet zo snel verwacht. Is dit goed of juist slecht? Het is wel erg snel. “Dat is prima, tot dan”.
The moment of truth…
17 november 2017
Deze ochtend moeten we ons om 09:00 uur melden in het AMC. Wederom op de afdeling Klinische Genetica. We zijn heel erg zenuwachtig. Is alles goed? Krijgen we nu dan goed nieuws. Is deze rollercoaster eindelijk aan het einde van zijn rit. Dokter Jansen* komt ons tegemoet lopen. Ik kan aan haar gezichtsuitdrukking niet echt opmaken wat voor nieuws we zullen krijgen. We komen weer in hetzelfde sombere kamertje als 2,5 week geleden. We gaan zitten en ze zegt “ik heb helaas slecht nieuws voor jullie” Slecht nieuws? Ik heb het gevoel dat de grond onder mij vandaan verdwijnt. We barsten beide in tranen uit. Ik staar wat voor me uit en er gaan allerlei gedachtes door me heen. Marcello stelt wat vragen en we krijgen meer informatie en uitleg. Helaas is de chromosoomafwijking ook bij de baby gevonden. Nu al in 70% van de onderzochte cellen. De baby zal zowel geestelijk als lichamelijk beperkt zijn. Met alle gevolgen van dien.
Omdat wij het geslacht van de baby nog niet wisten, vragen wij nu toch maar of zij ons dit leuke feitje kan vertellen. Ze kijkt in de uitslagen en zegt; een jongen. Een JONGEN? Nee dat kan niet, denk ik. Ik was namelijk overtuigd van een meisje.
De arts vraagt of we behoefte hebben om te praten met de maatschappelijk werkster. Ik heb daar nooit zoveel mee maar Marcello zegt dat hij het wel fijn vind. Ze wordt gebeld en binnen 10 minuten komt ze het sombere kamertje binnen. Deze kamer is nu niet meer “gewoon” somber, ik wil hier nooit meer komen!
De maatschappelijk werkster doet haar best en stelt ons allerlei vragen. Ik merk dat ik onrustig van haar word. Ze stelt vragen waarop ik gewoon nog geen antwoord kan geven. Kortaf ben ik en ik denk alleen maar ja weet ik veel, ik heb dit nieuws net gekregen. Ik kan gewoon nog niet zeggen hoe ik me voel (behalve k.u.t.), hoe ik dit ga verwerken, wat dit nieuws met mij doet en wat ik denk. Ik kan alleen maar denken ik moet hier weg. Marcello gaat er beter mee om. Die kan zijn gedachtes en gevoelens beter verwoorden en ook vragen stellen. Sorry, ik moet echt even naar de wc zeg ik. Ik loop naar de wc en zodra ik hier aankom stort ik in. Ik kan me niet herinneren dat ik ooit zo gehuild heb in mijn leven. De vrouwen die de wc verlaten kijken me ook sip aan en wensen me sterkte. Oké Dees, man up en door. Ik kom HET kamertje weer binnen waar Marcello nog in gesprek is. Ik ga zitten en de maatschappelijk werkster wendt zich weer naar mij. Ik reageer nog steeds kortaf en kan haar vragen nog steeds niet goed beantwoorden. Ik begrijp de vragen ook gewoon nog niet. Ik ben met mijn gedachten al verder merk ik.
Marcello en ik hadden namelijk besloten dat als we slecht nieuws krijgen, wij de zwangerschap gaan afbreken. Een vreselijke keuze maar voor ons uiteindelijk de juiste. Moeten wij hem dit onzekere leven vol ziekenhuisbezoeken e.d. aan doen? Kunnen wij voor hem zorgen? Hoe lang kunnen wij voor hem zorgen? Is dit eerlijk tegenover de jongens? Hoe gaat het als wij er niet meer zijn? En dan al het verdriet dat erbij komt kijken.
Ik kan alleen nog maar denken ik moet dus bevallen, ik moet gewoon bevallen. Bevallen van een heel klein kindje, dit kan ik niet. Ik kan dit gewoon niet. Wat moet er geregeld worden? Wanneer gaat dit alles gebeuren?
Het is inmiddels half 11 en we gaan naar huis. Het is weekend. Een weekend vol gesprekken en uitzoekklussen. Volgende week volgt HET gesprek met de gynaecoloog. Zij gaat ons vertellen hoe een zwangerschapsafbreking gaat. Ik heb mijn huiswerk gedaan en ik weet donders goed hoe dit gaat. Ik kan nog steeds alleen maar denken; IK KAN DIT NIET!
* fictieve naam